De kaarten worden gebruikt bij interactief schrijven. Leerlingen werken in duo’s. Ze mogen zelf kiezen met welke kaart ze aan de slag gaan.

Bij deze kaart hoort een printblad voor de verwerking. Het gaat om open opdrachten. Dat betekent dat iedere leerling dezelfde opdracht krijg en daar naar eigen inzicht op kan antwoorden. De infokaarten kun je tijdens de lessen rond creatief en functioneel schrijven inzetten als bron om bijvoorbeeld op zoek te gaan naar welk dier hoort bij het volgende raadsel over: Ik lijk op een ster maar je ziet me niet in de lucht … ​

De infoplaten worden ook getoond op het digibord. Zo blijven we niet alleen in de wereld van verhalen, maar maken we uitstapjes naar de ‘echte’ wereld. Leerlingen worden uitgedaagd om op onderzoek uit te gaan, vragen te stellen en er met elkaar over te praten. Ook de woordenschatactiviteiten worden altijd aangeboden in een realistische context.