Kidsweek gaat uit van hoge verwachtingen, rijke teksten en het principe dat kinderen die moeite hebben met het begrijpen van teksten niet een makkelijkere tekst moeten gaan lezen, maar meer ondersteuning bij het lezen nodig hebben. Daarom is ervoor gekozen om de meeste teksten aan te bieden op een vrij hoog niveau. Voor de verdiepende teksten is wel gekozen voor een tekst voor groep 5/6 en één voor groep 7/8. Dit heeft te maken met de onderwerpen die meer of minder geschikt zijn voor deze doelgroepen.
Alle andere teksten zijn dus op 1 niveau. Het is aan de leerkracht hoeveel samen gedaan moet worden met welke leerlingen. Begrijpend lezen is een interactief proces. Hoe dan ook is in gesprek gaan over de inhoud, of je dat nou doet met je leerkracht of een medeleerling, van belang. Alleen een tekst verwerken komt daarmee dus ook vrij weinig voor.
Er wordt in de verwerking gewerkt met tekstgerichte vragen. Elk van deze vragen wordt beantwoord door deze te markeren in de tekst of aantekeningen te maken in het schrift. Er is een verschil tussen de vragen in hogere orde denkvaardigheden. Drie vragen gaan uit van de lagere orde denkvragen: meestal letterlijk terug te vinden in de tekst (onthouden, begrijpen, toepassen). Er is ook tenminste een vraag die een beroep doet op een van de hogere orde denkvaardigheden (analyseren, evalueren en creëren). Daarnaast worden dus altijd aantekeningen gemaakt die ook een beroep doen op de hogere orde denkvaardigheden. Door een keuze te maken in deze vragen kan gedifferentieerd worden. Advies is dat zo weinig mogelijk te doen, maar de mogelijkheid bestaat.
Ook de hoeveelheid ondersteuning die gegeven kan worden is verschillend. Kinderen met beperkte kennis van de wereld of een niet leeftijdsadequaat technisch leesniveau krijgen preteaching. Kinderen die moeite hebben met analytisch denken, krijgen meer ondersteuning na de instructie. Dit kan instructie of begeleide oefening zijn. Belangrijk is in dat geval dat de leerlingen voortdurend uitgedaagd worden om hardop te denken, zodat de leerkracht inzicht krijgt in het denken van de kinderen.
Wanneer de teksten die gekozen zijn voor de lessen allemaal te lastig zijn, zitten er in de krant veel meer teksten die allemaal verschillen in moeilijkheidsgraad. Het is dan mogelijk begrijpend lezen te geven met een of meer van deze teksten. Daarnaast is het een overweging om voor bepaalde leerlingen wel de “moeilijkere” teksten te kiezen, maar helemaal of gedeeltelijk voor te lezen. Er wordt dan gewerkt aan begrijpend luisteren, maar dat zijn vergelijkbare vaardigheden als begrijpend lezen, alleen heb je dan geen last van de technische leesvaardigheid van de leerlingen.